Een markante figuur

Joop Schotanus • 81 - 2005/06 • Uitgave: 14
Een markante figuur

Naar aanleiding van het verslag van Dr. F. Fokkema over de spijtbetuiging van Edouard Douwes Dekker, wil ik graag even stil staan bij deze indrukwekkende zendingsman. Hij is in 1878 in Westergeest, een dorpje in Friesland, geboren. Zijn ouders waren in staat hem op het gymnasium van de Doetinchemse Stichtingen (voortgekomen uit het Réveil) te laten studeren. Na deze opleiding volgde Fokke Fokkema de theologieopleiding in Groningen, waarvoor hij in 1902 zijn kandidaatsexamen deed. Voor zijn doctorale studies en voor zijn promotie is hij daar verder gegaan. Begeleid door de bekende Prof. Dr. Isaäc van Dijk promoveerde hij in 1907 cum laude op het proefschrift: “De godsdienstig wijsgerige beginselen van Mr. Groen van Prinsterer”. Na zijn promotie was dr. Fokkema enige maanden hulpprediker bij de bekende ds. J. van Dijk (Mzn) te Doetinchem, waar hij dus ook zijn middelbare studie had gedaan. Op 12 april 1908 werd hij door ds. Politiek van Oudwoude/Westergeest bevestigd in de Hervormde Kerk van Westeremden (even ten noorden van het toenmalige spoorlijntje naar Stedum/Loppersum)

Op 10 mei 1914 kreeg dr. Fokkema, in verband met zijn benoeming tot mede-zendingsdirecteur van het samenwerkingsverband van de Rotterdams/Utrechtse zendingsgenootschappen, eervol ontslag van zijn taak als dominee in Westeremden. Op 1 augustus 1921 volgt hij dr. A.M. Brouwer op als rector van de Zen-dingsschool te Oegstgeest. Deze functie vervulde hij precies 25 jaar. Op 1 augustus 1946 werd dit rectorschap tijdelijk overgenomen door de bekende zendingsman prof. dr. H. Kreamer, terwijl dr. Fokkema aanbleef als docent. Uit alles blijkt een zeer grote waardering voor zijn werk. In de periode van de zendingsschool in Oegstgeest is de overigens strikte rector, zeer geliefd bij zijn studenten. Studenten die zich heel intensief voorbereiden op het zendingswerk, vaak voor het toenmalige Nederlands Oost of West Indië. ‘Het geloof was een zaak van zijn hart. Hij heeft op de zendingsschool een geslacht van zendelingen gevormd en hij heeft hun als theoloog een Schild voor het leven meegegeven’ zoals later op zijn begrafenis gememoreerd zou worden. Enkele indrukwekkende toespraken van dr. Fokkema van de zendingsconferenties, behoren ook tot het archief, dat in de oudheidkamer van Kollum bewaard wordt. Hieruit blijkt o.a. dat hij in 1930 het gevaar van het nationaal-socialisme al ziet aankomen en er al voor waarschuwt. Hij was een markante persoonlijkheid, die geen eer zocht voor zichzelf, maar in eenvoud en bescheidenheid zijn taak verrichtte. In 1937 kreeg hij een benoeming tot kerkelijk hoogleraar te Groningen. Hij nam deze eervolle positie echter niet aan. Als verklaring voor het niet-aanvaarden schrijf hij aan vrienden ‘het Hart heeft vaak zijn redenen, waar de Rede geen weet van heeft’ (aanhaling van de filosoof Pascal).

In juni 1953 was dr. Fokkema 75 jaar geworden en op 6 september van dat jaar wordt hij opnieuw predikant. Hij wordt samen met zijn dochter Anneke, die ook theologie studeerde, verbonden aan de Nederlands Hervormde Zendingsgemeente te Doetinchem, om pastor te zijn voor de weinige overgeblevenen in Doetinchem, de plaats van zijn eerste theologische opleiding in Ruimzicht en de plaats waar hij als hulpprediker was begonnen. Nog bijna tien jaar mocht hij dit werk doen. Hij is op 16 augustus 1963, tijdens een vakantie in Duitsland, op 85-jarige leeftijd overleden.’

Nog een paar persoonlijke herinneringen. Wie zou ooit gedacht hebben dat ik zoveel jaren later bij deze vroegere dorpsgenoot in Doetinchem uitgenodigd zou worden op de koffie? Zelf was ik, met mijn vrouw, in afwachting om naar Afrika te gaan als leraar aan een school van de zending en in de wachttijd aan een conferentiecentrum in Hummelo verbonden. We hadden net ook zelf een opleiding aan een zendingsschool in Frankrijk achter de rug en zo kwamen we als pasgetrouwd stel vlak bij Doetinchem terecht. De beste manier om met Dr. Fokkema in contact te komen was om op zondagmorgen naar de kerkdienst te gaan aan de Van Nispenstraat, waar hij zou voorgaan. Met de groeten op zak van de burgemeester van Hummelo, Jhr. Van Panhuis, slaagden we erin, om na de dienst uitgenodigd te worden voor de koffie. De laatste nieuwtjes over ons dorp en ook verhalen van vroeger, zelfs over de trekschuit van Dokkum naar Leeuwarden, als tegenstelling tot het ‘hedendaagse’ gejaagde leven,
kwamen ter sprake.

Joop Schotanus